In een dag tijd had ik al door dat de Zambianen niet zo nauw op de klok kijken. Nu moet ik zeggen dat ik daar zelf ook nog wel eens problemen mee heb. Dus ik mocht er niks van zeggen dat we vandaag een uur te laat werden opgehaald.
Vol vertrouwen waren we ervan uitgegaan dat er internet aanwezig zou zijn op de school. Wiseman reageerde namelijk snel terug op onze mailtjes. Maar gister kwamen wij tot de conclusie dat hij elke dag naar een internetcafe gaat. Achteraf natuurlijk niet erg slim van ons om hier niet aan te denken. Vooral omdat een groot gedeelte van onze training afhankelijk is van het internet. Gelukkig hadden we ons er wel op ingesteld dat we flexibel met onze planning om moesten gaan. Go with the flow!
Als er geen internet is, dan moeten we er zelf maar voor zorgen. Hmm, maar hoe krijg je internet als je nergens aansluitingen hier voor ziet? De leerkrachten hadden hier wel een oplossing voor. Tja, wie niet waagt wie niet wint. Samen met Mwansa, een mannelijke leerkracht van ongeveer 25 jaar, en Edon, een buurtbewoner met veel ICT kennis, zijn we samen naar het centrum van Lusaka gegaan.
Na ongeveer 15 minuten rijden, stopte de auto voor een soort van apotheek. Ik begreep er echt niks van. Kan je hier internet kopen? Haha maakt internet je beter als je ziek bent? Blijkbaar moesten we niet in deze winkel zijn, maar door een gang lopen langs een soort van een soldaat met een heel groot geweer. Toen ik dat zag werd ik wel bang. Waar ben ik beland? Ik kreeg echt het idee dat we bij een of andere corrupte bende terecht waren gekomen.Ik moest meteen denken aan het Afrika zoals je vaak in films ziet bijvpoorbeeld bij Wit Licht (deze film verkopen ze trouwens in Zambia. Zou Marco dit weten?) en Blood Diamand. In een kantoortje zat een man achter zijn bureau met een minilaptop. Ook al begreep ik niet waar we waren, toch had ik wel het gevoel dat het goed zat. Ik kon niet voorstellen dat Edon en Mwansa ons naar een gevaarlijke plek zouden toebrengen.
Dit bleek ook niet zo te zijn. Naast dit kantoor zat een grenswisselkantoor. Bij het zoeken naar een geschikte bank om het geld op te nemen voor het internet, kwam ik tot de conclusie dat bij alle banken en grenswisselkantoren dat een of meerdere soldaten zitten ter beveiliging. Ook al hebben die grote geweren angstaanjagende uitstraling, het gaf mij toch wel een veiliger gevoel. Vooral omdat ik het als blanke best eng is om geld op te nemen. Iedereen op straat kijkt je namelijk aan en groet je. Zij denken namelijk dat je heel veel geld hebt. Je weet op dat moment niet of ze het aardig bedoelen of juist iets van je willen. Yvonne, een lerares van de school, heeft ons daarom geadviseerd om tegen niemand aardig te zijn. Dat voelt echt heel tegenstrijdig, want van nature wil je aardig terug doen tegen de mensen die je groeten. Je bent nu bij iedereen die je groet achterdochtig.
Maar gelukkig niet bij Mwansa, Edon en Jonathan. Met internet in onze pocket en ons lievelingsnummer met de tekst “nafuti nafuti” (again and again) op de achtergrond reden we terug naar Chawama. Want daar moesten we Chima leren eten. Het eten waar de Zambianen echt trots op zijn! Het is gekookt maismeel. Deze witte plakkerige massa moet je met je handen eten. Je pakt van een het witte hoopje dat je voor je hebt liggen met een hand een stukje af en kleed dit tot een balletje. Dit balletje doop je in groente of vlees en eet je vervolgens op. Haha dit klinkt allemaal makkelijker dan gedaan. Ik was de chima al met twee handen aan het eten en kon het bijna niet vastpakken. Zo heet was het. De Chima hing vervolgens overal! Mwansa moest na het eten mijn handen wassen. Ik voelde mij net een klein kind die voor de eerste keer met de grote mensen mee mocht eten.
Eenmaal “chimavrij” zijn we weer met het liedje “nafuti nafuti” terug gereden naar de school. Echt spannend. Zou het internet gaan werken? Zou ik dan eindelijk ook iedereen kunnen laten weten hoe het met mij gaat? Ik kan namelijk geen smsjes ontvangen en versturen. Dan merk je pas hoe afhankelijk wij zijn geworden van de moderne technologieen. Maar helaas moest ik nog even wachten met het kunnen communiceren via internet. Het installeren van het internet verliep moeizamer dan verwacht. Het leek allemaal zo makkelijk bij die man in zijn kantoortje. Maar de computers op de Jack CECUP School bleken toch een heel stuk trager en ouder te zijn. Toen Willemijn en ik even gingen kijken waaraan dat zou liggen bleek dat op alle computers heel veel onnodige programma's en documenten stonden. Heel duidelijk was te zien dat de leerkrachten nog nooit van mappen gemaakt hadden gehoord. Alle bestanden stonden gewoon op het bureaublad of in mijn documenten. Pff dat zou nog een hele klus worden deze week om te computers op te schonen. Gelukkig is morgen weer een dag. En zoals we voorgenomen “Go with the flow”
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten